Beschrijving
God is edelmoedig: Hij heeft ons lief. Hij omarmt ons zonder te vragen wat wij allemaal verkeerd hebben gedaan.
Geloof en de zekerheid dat de Here Jezus Christus leeft, geven ons de kracht om te leven en te lijden. Wij hebben moed, omdat wij inzicht hebben. Wij hebben kracht uit overtuiging. We hebben verlangen te leven tot eer van God.
Drie tegenstelling die ons bemoedigen: het uiterlijk vervalt, maar het innerlijk (de Geest van God) wordt elke dag vernieuwd. De innerlijke mens wordt gevormd door gebed en het Woord van God. Wij ervaren nu de lichte last van een ogenblik, maar we verwachten een eeuwig gewicht van heerlijkheid. We zien niet op het zichtbare, maar op het onzichtbare wat eeuwig is.
We weten, wij zijn overtuigd dat we een woning in de hemel hebben. We hebben een gebouw in de hemelen niet met handen gemaakt. Wij zijn overkleed met hemelse heerlijkheid. We weten dat het beste nog komt. Als christen weten we dat het leven het sterfelijke zal verslinden.
Moed en overtuiging geven verlangen om tot Gods eer te leven. We mogen vrucht dragen voor Hem. We worden geroepen om trouw te zijn.
In de preek aangehaalde bijbelteksten (Statenvertaling)
Psalmen 91:14-16
14 Dewijl hij Mij zeer bemint, spreekt God, zo zal Ik hem uithelpen; Ik zal hem op een hoogte stellen, want hij kent Mijn Naam.
15 Hij zal Mij aanroepen, en Ik zal hem verhoren; in de benauwdheid zal Ik bij hem zijn. Ik zal er hem uittrekken, en zal hem verheerlijken.
16 Ik zal hem met langheid der dagen verzadigen, en Ik zal hem Mijn heil doen zien.
2 Korinthe 4:7-15
7 Maar wij hebben dezen schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid der kracht zij van God, en niet uit ons;
8 Als die in alles verdrukt worden, doch niet benauwd; twijfelmoedig, doch niet mismoedig;
9 Vervolgd, doch niet daarin verlaten; nedergeworpen, doch niet verdorven;
10 Altijd de doding van den Heere Jezus in het lichaam omdragende, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam zou geopenbaard worden.
11 Want wij, die leven, worden altijd in den dood overgegeven om Jezus' wil; opdat ook het leven van Jezus in ons sterfelijk vlees zou geopenbaard worden.
12 Zo dan, de dood werkt wel in ons, maar het leven in ulieden.
13 Dewijl wij nu denzelfden Geest des geloofs hebben, gelijk er geschreven is: Ik heb geloofd, daarom heb ik gesproken; zo geloven wij ook, daarom spreken wij ook;
14 Wetende, dat Hij, Die den Heere Jezus opgewekt heeft, ook ons door Jezus zal opwekken, en met ulieden daar zal stellen.
15 Want al deze dingen zijn om uwentwil, opdat de vermenigvuldigde genade, door de dankzegging van velen, overvloedig worde ter heerlijkheid Gods.